8 juli 2019

Doorspelen met een gebroken nek

Er zijn voorbeelden genoeg van voetballers die stug doorspelen met een blessure. Bij een beetje stoere verdediger mag een hoofdwond de pret bijvoorbeeld niet drukken, ook al gutst het bloed er uit. Het leverde iconische beelden op van voetballers als John de Wolf, Jan van Halst, Giorgio Chellini, maar natuurlijk vooral Terry Butcher, spelend met bebloed shirt en een tulband van verband op het hoofd. Maar doorspelen met een gebroken nek? Dat is van een hele andere orde. Toch is dat precies wat er op 5 mei 1956 in Engeland gebeurde, toen Manchester City en Birmingham City het tegen elkaar opnamen in de finale van de FA-Cup.

Onder de lat bij Manchester stond die dag de Duitser Bert Trautmann. De doelman was tijdens de Tweede Wereldoorlog als krijgsgevangene in Engeland beland en was na de oorlog blijven hangen en in een carrière als betaald voetballer gerold. Na aanvankelijk op veel verzet te zijn gestuit, was hij uitgegroeid tot een gewaardeerd doelman. Bij een 3-1 voorsprong wierp Trautmann zich in de 75e minuut voor een Birmingham-aanvaller en kwam hard met hem in botsing. “Het leek wel een treinbotsing,” zou Trautmann later verklaren. Wissels waren destijds nog niet toegestaan, dus ondanks de martelende nekpijn die hij aan het incident overhield speelde Trautmann door. Hij verrichtte in het resterende kwartier zelfs enkele cruciale reddingen, maar het ging met hangen en wurgen. Trautmann: “Ik zakte in die laatste 15 minuten nog twee of drie keer in elkaar. De pijn was ondragelijk en ik moest mijn nek met mijn rechterhand ondersteunen.”

Embed from Getty Images
Bert Trautmann verlaat met zijn hand in de nek het veld na het winnen van de FA-Cup

Manchester City won de wedstrijd met 3-1. Bij de uitreiking van de beker vroeg prins Philip aan Trautmann waarom zijn nek scheef stond. De Duitser had zich in zijn meer dan vijftien jaar in Engeland het Britse gevoel voor onderstatement blijkbaar eigen gemaakt, want hij antwoordde: “Een stijve nek.” Trautmann bezocht zelfs het overwinningsbanket, ondanks het feit dat hij zijn nek tegen die tijd volstrekt niet meer kon bewegen. Pas de volgende dag zocht hij medische hulp. De dokter verzekerde hem dat de pijn met rust vanzelf over zou gaan, maar toen daar na drie dragen nog altijd geen sprake van was, werd besloten om toch maar een röntgenfoto te laten maken.

In het ziekenhuis bleek dat er wel iets meer aan de hand was dan een stijve nek. Trautmann had vijf ontwrichte nekwervels, waarvan er één gebroken was. Dat die gebroken nekwervel hem niet verlamd had, of zelfs fataal was geworden, was puur te danken aan het feit dat één van de andere ontwrichte wervels als een wig tegen de gebroken wervel aan was gedreven en de stukken zo tegen elkaar aanhield.

Tja, dan maken zo’n tulband en een bebloed shirt plots toch heel wat minder indruk.

En Trautmann? Die werd dat jaar door de Engelse voetbalpers verkozen tot Voetballer van het Jaar. De Duitser zou van zijn nekblessure herstellen en nog tot 1964 bij Manchester City onder de lat staan.